Brieven van Paulus

• Is die Jode nog op 'n manier verbondsvolk? Kerk en Woord 46, pp. 29-33 (nr. 2, maart 1978).
  Dit is 'n belangrike konklusie, want dit beteken dat 'n groot deel van die bevolking van die staat Israel eintlik van daardie Oegriese stamme afstam en nie van Abraham nie. Hierdie konklusie het vir die uitleg van Romeine 11 nogal gevolge.
• Zullen we wel trouwen? De boodschap van 1 Cor. 7. Pretoria: Spes Bona, 1974.
  De auteur betoogt dat in 1 Korintiërs 7 parthenos (maagd) geen betrekking heeft op een ongehuwd meisje, maar op een weduwe die slechts eenmaal getrouwd geweest is. Paulus adviseert jonge mensen niet af te zien van het huwelijk, maar hij geeft weduwen en weduwnaars het advies geen tweede huwelijk aan te gaan.
• Boekbespreking: Die aardse Jesus in die prediking van Paulus sy briewe door B.C. Lategan. De Reformatie 43, pp. 262-263 (nr. 34, 1 juni 1968).
• Kerkelijk leven: De boom is Israël gebleven. De Reformatie 43, pp. 59-60 (nr. 8, 25 november 1967).
• Boekbespreking: De brief aan de Galaten door prof. dr. H.J. Jager. De Reformatie 42, pp. 149-151 (nr. 19, 11 februari 1967).
• Boekbespreking: De brief aan de Romeinen (II) door dr. A.F.N. Lekkerkerker. De Reformatie 42, pp. 84-85 (nr. 11, 10 december 1966).
• Boekbespreking: De eerste Brief van Paulus aan de Corinthiërs door F.J. Pop. De Reformatie 41, pp. 222-223, (nr. 28, 9 april 1966).
• Boekbespreking: De brief aan de Philippenzen en de brief aan Filemon door dr. H.M. Matter. De Reformatie 41, pp. 157, 159 (nr. 20, 12 februari 1966).
• Boekbespreking: Filippenzen en Filemon door prof. dr. H.J. Jager. De Reformatie 40, p. 362 (nr. 45, 28 augustus 1965).
• Hoofdartikel: Hagar en de os; over vergeestelijking. De Reformatie 40, pp. 65-66 (nr. 9, 28 november 1964), 73-74 (nr. 10, 5 december 1964), 81-82 (nr. 11, 12 december 1964), 117-118 (nr. 15, 16 januari 1965), 125-126 (nr. 16, 23 januari 1965).
  Er zijn verschillende uitleggers die beweren dat het Nieuwe Testament allegorese bezigt. Zowel in Gal. 4 als in 1 Cor. 9 is echter geen echte Alexandrijnse allegorie te vinden. Daarom kan niet gezegd worden, dat Paulus' uitleg niet normatief is voor de kerk van heden. 'Hagar' en 'de os' vallen niet buiten de wijze waarop het gehele N.T. argumenteert. Het sterkste wapen tegen allegorische 'Spielerei' is altijd weer: Schrift met Schrift vergelijken.
• Boekspreking: De brief van Paulus aan de Colossenzen door ds. J.E. Uitman. De Reformatie 39, pp. 313-314 (nr. 40, 11 juli 1964).
• Boekbespreking: Commentaar op het Nieuwe Testament; De brief van Paulus aan de Efeziërs door dr. F.W. Grosheide. Aan de Kolossenzen door dr. Herman Ridderbos. De Reformatie 36, p. 238 (nr. 30, 22 april 1961).
• Boekbespreking: Aan de Romeinen door dr. Herman Ridderbos. De Reformatie 35, p. 274 (nr. 34, 28 mei 1960).
• Boekspreking: Enige opmerkingen over Romeinen 6-10 door prof. dr. H.J. Jager. De Reformatie 35, p. 209 (nr. 26, 2 april 1960).
• Hoofdartikel: Geheel Israël. De Reformatie 34, pp. 159 (nr. 20, 21 februari 1959), 167 (nr. 21, 28 februari 1959), 175-176 (nr. 22, 7 maart 1959), 183 (nr. 23, 14 maart 1959).
  Bij de tekst: 'Aldus zal geheel Israël behouden worden' moet bedacht worden, dat 'gans Israël' in het Oude Testament vaak de representanten van Israël of de 'rest' aanduidt. Daarom moet hier niet gedacht worden aan een te verwachten bekering, hoofd-voor-hoofd, en dat in een duizendjarig rijk. Om de redding van de heidenen is een gedeeltelijke verharding over Israël gekomen, maar desondanks zal ook de 'volheid' van Israël, gans Israël, in hen die zich bekeren, in Paulus' dagen binnengaan.
• Schriftstudie: De Wapenrusting Gods. De Reformatie 33, pp. 171-172 (nr. 21, 1 maart 1958), 181-182 (nr. 22, 8 maart 1958), 189-190 (nr. 23, 15 maart 1958), 229 (nr. 28, 19 april 1958), 237-238 (nr. 29, 26 april 1958).
  God roept ons tot de strijd. Paulus geeft daarom de bekende tekening van de wapenrusting Gods, die aangedaan moet worden. Men heeft het echter vaak over een 'geestelijke wapenrusting', en wanneer Paulus spreekt over verschillende uitrustingsstukken van de christelijke legioensoldaat, meent men dat dan menselijke eigenschappen worden aangeduid. Gezien de verwantschap met teksten uit Jesaja moet echter de vraag gesteld worden of de delen van de wapenrusting niet van daden en eigenschappen van Gòd spreken. De zwakke kerk, die staat te midden van alle verwikkelingen van een heidense of geseculariseerde wereld, - zij mag zich bekleden met de wapenrusting van God.
• Boekbespreking: Dr. W. Volger, Romeinen en Corinthiërs, deel van de serie: De Bijbel en zijn Boodschap. De Reformatie 31, p. 7 (nr. 1, 6 oktober 1956).